Ned. wet van 26.3.1920 (sindsdien vele malen gewijzigd), waarin het veeartsenijkundig staatstoezicht is geregeld. De Veewet omvat de zorg voor de algemene gezondheidstoestand van de veestapel, de wering en bestrijding van dolheid van honden en katten en de keuring van voor uitvoer bestemd vee en vlees.
Zij noemt de besmettelijke veeziekten, waarop zij van toepassing is en de maatregelen, die ter bestrijding van de ziekten kunnen worden genomen. besmettelijke ziekte. Het veeartsenijkundig staatstoezicht wordt uitgeoefend door de Veeartsenijkundige Dienst. In België voorziet het strafwetboek correctionele straffen tegen de houders of hoeders van door besmettelijke ziekten aangetaste dieren, indien zij geen aangifte doen van de ziektetoestand of de dieren niet opgesloten houden (art. 319-321 Sv.). De wet van 30.12.1882 op de diergeneeskundige politie en het KB van 20.9.1893 houdende reglement van algemeen bestuur van de diergeneeskundige politie, laten de overheid toe bijzondere maatregelen te treffen ter bestrijding van bepaalde besmettelijke ziekten.
