Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Varken, (zoogdier)

betekenis & definitie

o. (-s),

een niet-herkauwend, evenhoevig zoogdier (superfamilievarkens), dat om zijn spek en vlees als landbouwhuisdier gehouden wordt: een vet (spr.) vieze varkens worden niet vet, men moet niet al te kieskeurig zijn; schreeuwen als een mager varken,, vervaarlijk schreeuwen; wij zullen dat

varkentje wel wassen, die moeilijke zaak wel tot een goed einde brengen; veel varkens maken de spoeling dun, waar velen samen moeten delen, krijgt ieder weinig;

scheldwoord voor mensen die in hun gedrag of handelwijze herinneren aan sommige eigenschappen van varkens, smeerpoets, vies, onbeschoft mens; spaarvarken. Het varken heeft in verschillende culturen uiteenlopende betekenissen. In het oude Egypte mocht het niet worden gegeten, maar werd eens per jaar een varken geofferd. In landbouwculturen is het dier vaak verbonden met vruchtbaarheid of met de goden daarvan. Varkensvlees is voor de joden onrein. De moslims hebben dit idee overgenomen.

< >