v., het opzettelijk aanleiding geven tot, provocatie.
Uitlokking van een strafbaar feit door giften, beloften, misbruik van gezag, geweld, bedreiging of misleiding of door het verschaffen van gelegenheid, middelen of inlichtingen is zelf ook strafbaar. Het gaat daarbij echter alleen om die handelingen, die opzettelijk zijn uitgelokt, benevens de gevolgen (agent-provocateur). Er bestaat grote overeenkomst tussen uitlokking en doen plegen. Het verschil ligt daarin dat bij uitlokking (met een van de genoemde middelen) een ander, die daardoor zelf ook strafbaar is, een strafbaar feit pleegt; doen plegen is: teweegbrengen dat een ander, die daardoor zelf niet strafbaar is, een strafbaar feit pleegt, zie middellijke dader.