v., het door middel van gecodeerde elektrische signalen verrichten van alle handelingen die anders door een machinist verricht worden om een trein te bedienen.
Treinbeheersing is een vervolmaking van automatische treinbeïnvloeding waarbij het zgn. continusysteem wordt toegepast. Alle handelingen die normaal door de machinist worden verricht, komen dan tot stand door middel van gecodeerde elektrische signalen. De opdrachten die aan de treinapparatuur kunnen worden gegeven', zijn mede afhankelijk van de plaats waar de voorafgaande trein zich bevindt, zoals dat bij spoorwegbeveiliging gebruikelijk is. De signalen bereiken de opnemers aan de trein via de spoorstaven of via een speciale kabel die in het spoor is gelegd. De codes worden in de trein omgezet in besturingscommando’s. De machinist is dan, wat de besturing van de trein betreft, geheel overbodig.
In het personenvervoer wordt hij echter gehandhaafd om in geval van storing op handbesturing te kunnen overgaan. Tevens is hij belast met de bediening van de centrale deursluiting van de trein. Niet onder het begrip treinbeheersing vallen de op goederenemplacementen gebruikte, onbemande locomotieven die per radio worden bediend door een rangeerder.
