o. (-tieven), (economie) liquiditeitsvoorkeur voorzover deze bepaald wordt door objectieve factoren.
Het transactiemotief heeft uitsluitend betrekking op geld in zijn functie als ruilmiddel. De behoefte aan uit dit motief aangehouden kasvoorraden, liquiditeitsnoodzaak of -behoefte, zal in het algemeen toenemen als de omvang van de ruiltransacties groter wordt, d.w.z. bij stijgende bedrijvigheid en toenemende inkomens, omloopsnelheid.