Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Toscane

betekenis & definitie

(Ital.: Toscana), Italiaanse regio, omvat de prov. Arezzo, Florence, Grosseto, Livorno, Lucca, Massa Carrara, Pisa, Pistoia en Siena, 22992 km2, 3,5 mln. inw.

Hoofdstad: Florence. Toscane is een zeer heuvelig gebied. De fluviatiele bodem is kunstmatig drooggemaakt en omgezet in zeer vruchtbare cultuurgrond. In het zuidwesten ligt het Toscaanse Ertsgebergte: kwikzilver bij Amiata (25 % van de wereldproduktie), marmer bij Carrara, Massa en Siena, ijzererts op het nabijgelegen eiland Elba, verder kaolien, bruinkool (bij San Giovanni Valdarno), lood en koper. Veel toerisme. De grote nederzettingen als Florence, Arezzo, Prato, Lucca en Pistoia liggen aan de rand van het bekken of op de heuvels.

De vlakten zijn golvend en leveren de bekende chianti. Voorts veeteelt en verbouw van tarwe, maïs, tabak, citrusvruchten, olijven en groenten.

GESCHIEDENIS

Toscane, in de oudheid Etrurië, werd na de Romeinse tijd (sinds de 4e eeuw als provincie Tuscia) in het Frankische Rijk (774) een graafschap, dat ten gevolge van de strijd tegen de Saracenen de status van markgraafschap kreeg (9e eeuw). Markgravin Mathilde breidde haar gezag ook over Emilia uit en liet haar landen aan de paus na (1115). De (Duitse) keizers erkenden haar testament niet en in de strijd tussen keizers en pausen konden de Toscaanse steden hun onafhankelijkheid winnen. Er ontstonden verscheidene stadsrepublieken: Pisa, Lucca, Siena, Perugia en Florence, waaronder sinds eind 13e eeuw Florence, dat als enige Toscaanse stad in de strijd tussen Guelfen en Ghibellijnen de zijde van de Guelfen koos, domineerde. Sinds 1434 heerste in Florence het geslacht De’ Medici, dat in 1532 de hertogelijke en in 1569 de groothertogelijke waardigheid kreeg.

In 1737 stierf het huis De’ Medici uit. Toscane werd toegewezen aan Frans van Lotharingen, echtgenoot van de Oostenrijkse koningin Maria Theresia (sinds 1745 keizer Frans I). Na zijn dood (1765) werd Toscane een Habsburgse secundogenituur. In 1801 wees Napoleon Toscane, als Koninkrijk Etrurië, toe aan de Parmezaanse erfprins Lodewijk. In 1808 werd het gebied bij Frankrijk ingelijfd. In 1814 volgde de restauratie van de Habsburgers. Toen Frankrijk en Sardinië Oostenrijk uit Noord-Italië verdreven (1859), vluchtte groothertog Leopold II, waarna een volksstemming zich uitsprak voor aansluiting bij Sardinië (1860), dat in 1861 opging in het koninkrijk Italië.

< >