v./m. (-duiven), Streptopelia turtur, vogelsoort uit de familie duiven; zinnebeeld voor tedere liefde, minnekozen.
De tortelduif is een kleine duivesoort, herkenbaar aan o.a. de slanke gestalte en de trapvormige, zwarte staart met een witte eindband. De rossige bovendelen zijn zwart gevlekt; keel en borst hebben een wijnrode kleur. Op de zijhals bevindt zich een zwart en wit gestreepte vlek. Het geluid is een herhaald, bijna spinnend, zacht ‘roe-r-r’ of ‘turr’. Broedt in Midden- en Zuid-Europa; verder in noordelijk Afrika (met inbegrip van de Sahara) en West-Azië (oostwaarts tot Afghanistan). Overwintert in Afrika ten zuiden van de Sahara, vooral in Soedan.
In Nederland en België een talrijke broedvogel van bosachtige streken, parken e.d. Zomergast van eind april tot begin okt. Nestelt in dichte bomen en struiken. Voedt zich met zaden, soms met graan.
