Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Tokio (tokyo)

betekenis & definitie

hoofdstad van Japan op Honsjoe, aan de Baai van Tokio en de Soemidarivier, hoofdstad van de gelijknamige prov. (2141 km2, 11,7 mln. inw.), 8,7 mln. inw. (conurbatie: 35500 km2, 28 mln. inw.).

Tokio is het centrum van het Japans economische leven; vele grote concerns hebben er hun hoofdkantoor. De industrie omvat vooral ijzer- en staalindustrie (auto’s, motoren, machines), de produktie van allerlei chemicaliën (m.n. op basis van aardolie), textiel, levensmiddelen, elektrische en optische apparatuur. Verder zijn er veel uitgeverijen en drukkerijen.

Spoorwegen verbinden Tokio met andere grote steden. De stads- en ondergrondse spoorwegen zijn niet voldoende om het toenemende verkeer tussen woon- en werkwijken te verwerken. In 1968 is een structuurplan voor de ontwikkeling van de hoofdstedelijke agglomeratie opgesteld om de infrastructurele problemen op te lossen. Dit plan omvat o.a. decentralisatie van een aantal activiteiten (industrie, distributie, onderwijs) in de binnenstad van Tokio, 18 nieuwe woonsteden zonder nieuwe werkgelegenheid om sanering van de binnenstad mogelijk te maken, 16 gebieden (tot 100 km van het centrum af) voor de opvang van de toekomstige groei, met industriële vestigingen. Sommige van de nieuwe kernen zullen meer dan 1 mln. inwoners hebben. Radiale en concentrische autosnelwegen en zeven spoorlijnen zijn in het plan opgenomen.

De haven is toegankelijk voor schepen tot 20000 t en vormt met die van Jokohamade havengemeenschap Kweihin. Haneda en Narita zijn de voornaamste luchthavens met druk internationaal verkeer. Het oosten van Tokio, de benedenstad, wordt doorsneden door vele kanalen; het westen, de bovenstad, heeft regeringsgebouwen en woonwijken. Het middelpunt van Tokio is het keizerlijk paleis, gebouwd op de plaats waar in 1456 het kasteel Edo verrees, dat in 1603 de bestuurszetel der Tokoegawa’s werd. Toegang tot het paleis geeft de Nijoebasjibrug, het uitgangspunt voor alle afstandmetingen in Japan. Ten oosten van het paleis ligt het stadscentrum met kantoren, banken, warenhuizen, hotels en theaters (o.a. kaboeki) in westerse stijl.

Tokio kreeg zijn brede straten en boulevards, zoals de hoofdwinkelstraat Ginza, bij de wederopbouw na de verwoestingen door de aardbeving en de brand in 1923. De Tweede Wereldoorlog bracht grote teruggang van bevolking, maar sinds 1950 is het aantal inwoners van Tokio verdubbeld. De slechte kwaliteit van de naoorlogse woningen, de hoge huren en de milieuproblemen doen weer veel mensen naar de buitenwijken trekken. Door deze oorzaken worden de verkeersproblemen nog groter.

Tokio heeft ook een belangrijke culturele functie. Er is een groot aantal hogescholen en universiteiten, de staatsuniversiteit (gesticht 1877) en wetenschappelijke en culturele instellingen zoals de keizerlijke bibliotheek, sterrenwacht, weerkundig instituut, botanische tuin en vele musea. Parken beslaan een grote oppervlakte; in vele ervan staan tempels. GESCHIEDENIS. Tokio heette tot 1868 Jedo (of Edo), dat van de 1 le eeuw dateerde en als residentie van de sjogoendynastie Tokoegawa (1603—1868) een grote stad werd. De naam Tokio (oostelijke hoofdstad) werd ingevoerd ter onderscheiding van de westelijke hoofdstad (Saikio, d.i. Kioto).

In 1869 werd Tokio keizerlijke residentie. Sinds de 17e eeuw is de stad herhaaldelijk geteisterd door aardbevingen en branden. De aardbeving van 1923 kostte 123000 mensen het leven en versnelde de modernisering. Tijdens de laatste maanden van de Tweede Wereldoorlog had Tokio veel te lijden van de Amerikaanse luchtbombardementen, waarbij ca. 54 % van de stad werd verwoest.

LITT. N.Nouet, Histoire de Tokyo (1962); W.T.Klein, Tokio (1965); R.L.Meier en I.Hoshino, Tokyo for the people, concepts for urban renewal (1972).

< >