Ned. eiland en gemeente in de prov. Zeeland, 214,62 km2, 17800 inw., 8,5 % r.k., 64,5 % n.h., 22,5 % geref., 2,5 % overige, 2 % g. kerkg.
De gemeente omvat de hoofdplaats Sint-Maartensdijk en de dorpen Sint-Annaland, Oud-Vossemeer, Poortvliet, Scherpenisse, Stavenisse en Tholen. Het eiland heeft een voornamelijk agrarisch karakter (akker- en tuinbouw, oester-, mossel- en fruitteelt, visserij). Daarnaast is er enige industrie (confectie, metaalconstructie, houtbewerking, cementwaren, koelapparaten), terwijl de waterrecreatie van toenemende betekenis is. De dienstensector is de grootste beroepsgroep, maar meer dan de helft van de beroepsbevolking werkt buiten het eiland. Bezienswaardig zijn het voormalige stadhuis (15e eeuw) en de ned. hervormde Onze-Lieve-Vrouwe-kerk (14e-15e eeuw), beide in Tholen.
GESCHIEDENIS
Het eiland Tholen is ontstaan uit de eilanden Scherpenisse-Westkerke, Poortvliet Schakerloo, Sint-Maartensdijk en Stavenisse. De vereniging van de eerste twee, het Scarpenisser Landt, werd ca. 1220 door afsluiting van de Strienne met het eiland Schakerloo, dat tot ca. 1230 tot het hertogdom Brabant behoorde, verbonden. Dit verenigde gebied werd in de 13e eeuw Ter Tholen genoemd. In 1556 werden de eilanden Tholen en Sint-Maartensdijk door afsluiting van de Pluimpot verenigd. De bedijkingen in het noorden en noordoosten van het eiland met de dorpen Oud-Vossemeer en Sint-Annaland, zijn voornamelijk in de 15e eeuw tot stand gekomen.
Het eiland Stavenisse, in 1509 door het water overweldigd, werd in 1599 slechts voor een deel herdijkt. Na de bedijking van de Sluispolder (1877) had geen verdere uitbreiding van Tholen meer plaats. Tholen leed tevens zware schade door de watersnoodramp van 1953. Na de ramp werden de dijken verzwaard, de havens van Stavenisse en Sint-Maartensdijk (Pluimpot) afgedamd en de waterschappen samengevoegd.
LITT. A.J.van Heiningen en P J.Meertens, Tholen (1966).