v. (-en), het terug vorderen.
Een eigenaar heeft het recht om de aan hem toebehorende zaak van iedere houder terug te vorderen, in de staat waarin zij zich bevindt. Wie iets verloren heeft of van wie iets ontvreemd is, kan gedurende drie jaar het verlorene of ontvreemde, ook van een bezitter te goeder trouw, terugvorderen. Roerende goederen die zonder tijdsbepaling verkocht zijn, kunnen bij wanbetaling gedurende 30 dagen na aflevering worden teruggevorderd. Onverschuldigde betalingen kunnen worden teruggevorderd.