[Fr.], v./m. (-en),
1. vastgestelde hoeveelheid, hoeveelheid waarop iemand recht heeft of waartoe hij verplicht is: vier boterhammen is mijn taks, ik eet er nooit meer;
2. (België) synoniem voor heffing, belasting en retributies.
De taks is een Belg. indirecte belasting die gelijk is gesteld aan het zegel. Na de invoering van de BTW is taks blijven bestaan op huur, pacht en concessiegelden, op beurs- en prolongatieverrichtingen, op ter beurze genoteerde titels, op verzekeringscontracten, op de jacht en er bestaat aanplakkingstaks.