Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 16-06-2020

Sweelinck

betekenis & definitie

Jan Pietersz., Ned. componist en organist, *mei 1562 Deventer, ♱16.10.1621 Amsterdam. Sweelinck werd opgeleid door o.a. zijn vader, Peter Swibbertsz.

In 1577 of 1580 werd hij organist aan de Oude Kerk te Amsterdam. Van zijn vele uit Duitsland afkomstige leerlingen waren H.Scheidemann en S.Scheidt de beroemdste. Zijn improvisatie vóór en nâ de kerkdienst werden de grondslag voor de koraalbewerking. Zijn vocale composities hebben de 16e-eeuwse Franse en Italiaanse polyfone stijl. Zijn instrumentale muziek is vrijwel uitsluitend voor toetsinstrumenten geschreven. Deze sluit aan bij Italiaanse voorbeelden (G.Gabrieli) en bij de schrijfwijze van de Engelse virginalisten.

Composities: Chansons françaises (3 dln. 1592-94), Rimes françaises et italiennes (1612), Psaumes mis en musique (z.j.), Cantionessacrae (1619), orgelencembalomuziek. Uitgaven: Regina Coeli (1869—77), Complete werken, door M.Seiffert (10 dln. 18941901; heruitg. 1956 vlg.).LITT. B.van den Sigtenhorst Meyer, J.P.Sweelinck en zijn instrumentale muziek (1946); B.van den Sigtenhorst Meyer, De vocale muziek van J.P. Sweelinck (1948); R.L.Tusler, The organ music of Sweelinck (1958); A.S.Curtis, Sweelinck’s keyboard works (1969).

< >