[<naam van het eerste onafhankelijke Thai-koninkrijk, dat zich in de 13e eeuw n.C. van de Khmers losmaakte, maar in 1438 zijn zelfstandigheid verloor], een aanduiding voor een stijl in de beeldhouwkunst van Thailand die in het midden van de 13e eeuw ontstond en grote invloed op de Thaise kunst heeft uitgeoefend. Mede door de contacten met Sri Lanka ontstond een type boeddhabeeld waarvan de belangrijkste stijlkenmerken zijn: ovale gezichtsvorm, scherpe, doorlopende wenkbrauwbogen, lange, smalle ietwat gebogen neus en haar dat boven het voorhoofd spits toeloopt.
Alle vingers, behalve de duim, zijn precies even lang. Staande, zittende, liggende en ook lopende boeddhabeelden vormen het hoofdbestanddeel van de kunst van Sukhothai. Daarnaast vindt men beelden in stuc en terracotta en keramiekvazen in de vormen van vaak humoristische dierfiguren. Ook in de bouwkunst, m.n. in de vorm van de stoepa, is de invloed vanuit Sri Lanka merkbaar. LITT. A.B.Griswold, Towards a history of Sukhodaya art (1967); J.Boisselier en J.M.Beurdeley, Kunst in Thailand (1974).