v./m. (-en), afbeelding van gedeelten van de sterrenhemel.
(e) Soms wordt op een sterrenkaart de hemel in twee halfronden, het noordelijke en het zuidelijke afgebeeld. Soms wordt op één kaart (hemelplein of draaibare sterrenkaart) de gehele sterrenhemel afgebeeld zoals die vanaf een vaste plaats kan worden waargenomen; een draaibare schijf met grote ovale opening geeft dan voor zekere datum en zeker uur het zichtbare deel van de hemel. Bij al deze afbeeldingen treden belangrijke vertekeningen op. Wil men die minimaliseren, dan moet men de hemel in b.v. 12 kaarten afbeelden (sterrenatlas). Op een globe kan men de gehele hemel zonder enige vertekening afbeelden. Aanvankelijk tekende men de sterrenbeelden zoals iemand ze zien zou die de hemelbol van buiten bekijkt; later tekende men die, gezien van binnen naar buiten, overeenkomstig de dagelijkse waarneming. Voor zwakkere sterren is men, behalve op fotografische kaarten, aangewezen op de atlassen, behorende bij de verschillende sterrencatalogi.
