Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 16-06-2020

stationsbeveiliging

betekenis & definitie

v. (-en), het deel van een spoorwegbeveiliging, dat nodig is voor een veilig treinverkeer op station en emplacement.

(e) In het gebied waarop de stationsbeveiliging betrekking heeft, regelt een zgn. treindienstleider de treinen rangeerbewegingen. Hiertoe beschikt hij over technische voorzieningen om sporen, wissels en seinen te beheersen. In oudere, geheel mechanische systemen zijn dat toestellen met naast elkaar opgestelde handels die met staaldraden verbonden zijn aan de wisselstellers en de seinen. Een systeem van linialen en nokkenassen voorkomt het instellen van met elkaar strijdige rijwegen. Later ontstonden mengvormen waarbij de bediening van wissels en seinen met behulp van elektromotoren gebeurde. De linialen en nokkenassen werden gehandhaafd. Een moderne vorm van stationsbeveiliging is de →NX-beveiliging.

< >