[Fr.], v./m. (sferen),
1. (vero.) bol; de harmonie der sferen, muziek die de hemellichamen bij hun beweging door de ether zouden vóórtbrengen;
2. uit cirkels bestaande open hemelglobe;
3. bolvormig gedacht gebied dat de aarde op groter of kleiner afstand omgeeft: hogere sferen, de hemel; (fig.) in hoger sferen zijn, met zijn gedachten bij verheven zaken verwijlen, (scherts.) zitten soezen;
4. geheel van denkbeelden waarin iemand leeft dat ligt buiten mijn veel deed hij in de persoonlijke sfeer;
5. stemming: een opgewonden sfeer; ook pregn. in gunstige zin: er is een gebrek aan sfeer.