[Eng.-Lat., het aan de zintuigen gegevene], een nieuwe technische term voor gewaarwordingen (zintuiglijke gegevens). De behoefte aan deze term ontstond in de waarnemingsleer.
Men zegt wel b.v. ‘ik zie een tas’, maar in werkelijkheid ziet men bruine vlekken in een bepaalde vorm, die men interpreteert als tas. De sense data nu zijn de pure gewaarwordingen zonder enige interpretatie. Hiertoe behoren dus gewaarwordingen van kleuren, temperatuur, gewaarwordingen van de tastzin (‘iets hards’) enz. Er is verschil tussen de werkelijke materiële voorwerpen en de sense data, want men kan b.v. denken dat ergens een boom staat, maar misleid worden door een schaduweffect. Ook kan men een explosie in de sterrenwereld ‘zien’ die in werkelijkheid duizenden jaren geleden heeft plaatsgevonden. Een van de problemen is nu hoe de relatie is van de materiële voorwerpen en de sense data.
De meest gebruikelijke visie is dat de materiële voorwerpen de sense data veroorzaken, maar dan moet men alle moeilijkheden met het oorzakelijkheidsbegrip op de koop toe nemen. Sommigen (G. Berkeley) achten het niet nodig naast de sense data nog materiële voorwerpen aan te nemen. Ryle en Austin bestreden op grond van taalkundige argumenten de sense data-theorie.LITT. K.T.Fann (red.), Symposium on J.L.Austin (1969) A.J.Ayer, The central questions of philosophy (1973).