Duits beeldend kunstenaar en Moritz von Schwind. Houtsnede-illustratie uit ‘Die guten Freunde’ schrijver, *20.6.1887 Hannover, ♰8.1.1948 Ambleside (Engeland).
Schwitters studeerde van 1909—14 aan de kunstacademie te Dresden. Daarna keerde hij terug naar Hannover, waar hij H.Arp ontmoette en medestichter was van het dadaïsme. Uit het toevallige fragment merz van het woord Commerz ontstond de betiteling voor tal van beeldende-kunstuitingen: Merzplastik (schilderijen en collages), Merzbilder (constructies) en Merzbauten (hele ruimten vullende Merzbilder). Ook het door Schwitters opgerichte tijdschrift heette Merz en daarin ventileerde hij zijn ideeën voor nonsenskunst. In 1937 emigreerde hij naar Noorwegen, omdat zijn kunst door de nazi’s niet getolereerd werd. Vandaar vluchtte hij in 1940 naar Engeland.
Schwitters kreeg ook bekendheid als schrijver van dadaïstische, humoristische en grillige gedichten vol groteske fantasie. Werken: Anna Blume (1919), Die Kathedrale (1920), Memoiren Anna Blumes in Bleie, Die Blume Anna (1923), Auguste Bolte (1923; proza), Die Märchen vom Paradies (1924), Familie Hahnepeter (1924), Die Scheuche (1925), Veilchen (1931), Ursonate (1932).LITT. H.Arp, K.Schwitters (1949); W.Schmalenbach, K.Schwitters (1967); F.Lach, DerMerzkünstIer K.Schwitters (1971); Cat. tent. K.Schwitters, Stedelijk Museum Amsterdam (1972).