o. (-ken), (ook: doelenstuk), ben. voor een groepsportret waarop een schutterscorporatie of alleen de officieren daarvan afgebeeld werden.
Het genre werd alleen in de Nederlanden beoefend, in de 16e-17e eeuw. Doordat dikwijls het nuttigen van een gezamenlijke maaltijd als onderwerp voor de compositie werd genomen, worden deze schilderijen ook wel schuttersmaaltijd genoemd. De schuttersstukken werden opgehangen in de zaal waar de leden van de schutterij bijeenkwamen, de doelen. Het was de gewoonte dat ieder zijn eigen portret betaalde. Het vroegst bekende schuttersstuk is dat van Dirck Jacobsz. uit 1529 (Rijksmuseum, Amsterdam). Onder de vele grote meesters die in de 17e eeuw schuttersstukken maakten, wist vooral Frans Hals de groepen levendig weer te geven.
Rembrandts Nachtwacht toonde een nieuwe visie op het schuttersstuk. Vele schuttersstukken bevinden zich in het Frans Halsmuseum te Haarlem en in het Amsterdams Historisch Museum.
LITT. A.Riegl, Das holländische Gruppenporträt (1931).