m. (-s), inrichting voor het door een explosie aanbrengen van olieafvoeropeningen in de verbuizing van een olieput.
(e)Een olieput wordt in een onstabiele oliedragende laag verbuisd tegen het afkalven van de wand. De neergelaten schotperforator heeft radiale cilindervormige holten die als ‘loop’ voor de vuurstraal dienen wanneer de explosieve lading ontstoken is. Soms wordt de werking versterkt door in de ‘loop’ een kogel aan te brengen. zie putafwerking.