v., tandheelkundige controle en (meestal) behandeling van eenvoudige defecten bij schoolkinderen tijdens de schooluren.
Schooltandverzorging zou bij voorkeur al op de kleuterschool moeten beginnen, aangezien het melkgebit vaak al tandbederf (cariës) vertoont. De georganiseerde schooltandverzorging dateert in Nederland van 192
1. Geleidelijk is er over het hele land verspreid een groot aantal stichtingen voor schooltandverzorging tot stand gekomen. Ca. 80% van de totale lagere-schoolbevolking kan de voordelen genieten van een georganiseerde schooltandverzorging. In de grote steden is de schooltandverzorging vaak ondergebracht bij de GG en GD. Over het algemeen is sprake van zgn. behandelingsdiensten (Bonner systeem), d.w.z. dat naast gebitsonderzoek ook eenvoudige behandeling plaatsvindt (bij het Frankforter systeem geschiedt alleen gebitscontrole), vaak in een mobiele tandartsenspreekkamer (dental car).
Deelneming aan de schooltandverzorging vindt plaats op basis van vrijwilligheid. Doel van de georganiseerde tandverzorging is:
1. opvoeding van de jeugd tot een beter begrip van de waarde van een gezond gebit en tot juiste toepassing van maatregelen tot instandhouding daarvan;
2. voorlichting over de beginselen van mondhygiëne aan kinderen, ouders, leerkrachten enz.;
3. preventieve controle en behandeling of opsporing van andere gebitsafwijkingen. Bij uitgebreid tandbederf of noodzaak van regulatie vindt verwijzing naar de eigen tandarts plaats.
In België maakt de tandheelkundige controle deel uit van het kosteloos medisch schooltoezicht, dat wettelijk verplicht is voor alle leerlingen van de kleuterscholen, het lager, secundair en hoger pedagogisch, technisch en kunstonderwijs.
