v./m. (mv), Haematopodidae, een vogelfamilie behorend tot de orde plevierachtigen; met 1 geslacht (7 soorten) vertegenwoordigd in de Oude en Nieuwe Wereld.
De bekendste soort uit de familie scholeksters is de scholekster of bonte piet, Haematopus ostralegus, die in Europa en West-Azië broedt. Deze vogel ter grootte van een duif heeft een zeer harde snavel, die duidelijk langer is dan de kop. Hij heeft een spanvlies tussen de buitenen middelteen; een achterteen ontbreekt. De vleugels zijn lang en spits. Het is een zwartgekleurde vogel met witte onderdelen en een witte vleugelstreep. In Nederland een talrijke broedvogel (de laatste decennia sterk in het binnenland uitgebreid); in België een zeer schaarse tot schaarse broedvogel van de kust en de streek van de Beneden-Schelde.
Overigens doortrekker in groot aantal, een winteren zomergast in een groot aantal langs de kust en in de Waddenzee. Goede vlieger en zwemmer. Voedt zich met zeepieren, mossels, krabbetjes enz.; soms ook met vogeleieren en jonge vogels.
