Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Rukken

betekenis & definitie

(rukte, heeft en is gerukt),

1. zich voortbewegen; m.n. optrekken (van soldaten): zij rukten steeds dieper het land in;
2. een snelle, korte, plotselinge beweging of beweging maken: aan een touw rukken;
3. met een snelle, heftige beweging van zijn plaats trekken: hij rukte een tak van een boom; iemand de kleren van het lijf rukken; (oneig.) zich uit iemands armen rukken, zich snel en plotseling van hem verwijderen; (fig.) de woorden uit hun verbandrukken, het verband met wat volgt of voorafgaat willekeurig verbreken;
4. met rukken stukscheuren: een stuk doek aan flarden rukken.

< >