bw.,
1. eig. als scheepsterm: zeilen, met ruime schoot, met bakstagwind (meer achterlijk dan dwars);
2. (fig.) in ruime mate, in meer dan voldoende hoeveelheid: zo heb ik ruimschootsgenoeg; mild, overvloedig: ruimschoots geven.
Gepubliceerd op 31-01-2022
betekenis & definitie
bw.,
1. eig. als scheepsterm: zeilen, met ruime schoot, met bakstagwind (meer achterlijk dan dwars);
2. (fig.) in ruime mate, in meer dan voldoende hoeveelheid: zo heb ik ruimschootsgenoeg; mild, overvloedig: ruimschoots geven.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: