v., (fysiologie) houding van dieren die hun rugzijde naar het licht gekeerd houden. Dieren als kreeften en vissen vertonen ruglichtinstelling; zij richten zich bij hun ruimtelijke oriëntatie behalve naar de zwaartekracht vooral naar de richting van het hemellicht. .. In een donkere kamer nemen deze dieren na uitschakeling van hun zwaartezintuig en bij belichting van terzijde of van onderen een overeenkomstig gewijzigde stand in de ruimte aan, d.w.z. zij zwemmen dan op hun zij resp. onderstebov
In een donkere kamer nemen deze dieren na uitschakeling van hun zwaartezintuig en bij belichting van terzijde of van onderen een overeenkomstig gewijzigde stand in de ruimte aan, d.w.z. zij zwemmen dan op hun zij resp. ondersteboven.