Frans schilder, *27.5.1871 Parijs, ♱l3.2.1958 Parijs . Rouault kreeg zijn opleiding bij een glazenier waar hij zware contouren leerde toepassen. Hij bezocht in 1891 de École des BeauxArts te Parijs, en was daar van 1892-95 leerling van Moreau.
Zijn vroege werken, meestal met prostituées als onderwerp, zijn somber van kleur en zwaar van toon. Later werd zijn kleurgebruik intenser en de contouren werden nog dikker: met enkele forse zwarte strepen zette hij zijn figuren op het doek. Onder invloed van L.Bloy kwam Rouault na 1903 tot een religieuze wereldbeschouwing en ging hij zich toeleggen op christelijke en sociale thema’s. De dramatische kracht van Rouault blijkt voornamelijk uit zijn schilderingen van rechters, die door hem als parodieën op de menselijkheid werden beschouwd, maar ook uit de vele godsdienstige voorstellingen (Christuskoppen), clowns (een zeer geliefd thema bij Rouault), en portretten. Beroemd is zijn serie etsen, Miserere, oorspronkelijk bedoeld als illustraties bij een boek van André Suarès, echter pas in 1948 gepubliceerd.LITT. L.Venturi, G.Rouault (1959); P.Courthion, Rouault (1962); C.Marchiori, G.Rouault (1966); J. Kind, Rouault (1969); B.Dorival, Rouault sur Part et sur la vie (1971).