zeegebied aan de rand van Antarctica, tussen ca. 165° OL en 155° WL, in 1841 het eerst bevaren door de Engelsman J.C.Ross. De Rosszee is aan de noordzijde door een min of meer brede gordel van pakijs afgesloten.
De weinige metingen die ter beschikking staan, wijzen op een dagelijks getij van ca. 1 m amplitude. Westelijke stromingen treden op met snelheden van 1—2,5 km/h. De temperatuur van het (onderkoelde) water is -2—0°C, saliniteitsvariaties zijn gering in horizontale, maar sterk in verticale richting (gelaagdheid van het water). De Rosszee is praktisch geheel dichtgevroren van april-okt.