Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Roem

betekenis & definitie

m.,

eigen lof; meestal in de uitdr.: roem dragen (op iets), er trots op zijn, het zich als verdienste toerekenen; (zegsw.) eigen roem stinkt, men heeft geen respect voor de lof die iemand zichzelf toezwaait; lof en eer die aan iemand of iets door anderen wordt toegekend: zich met roem overladen; zijn roem overleven, na beroemd te zijn geweest in vergetelheid raken; persoon, zaak of eigenschap waaraan iemand of iets zijn roem te danken heeft: de Hollandse haring, de roem van Nederland; hij is de roem van zijn familie, zijn familie kan trots op hem zijn;

(kaartspel) het melden dat men voordelige kaarten in handen heeft; spelen met roem op tafel, waarbij men de roemkaarten voor ieder zichtbaar legt.

< >