Bernard Victor Aloysius, Ned. rechtsgeleerde en polemoloog, *26.12.1906 ’s-Hertogenbosch. Röling studeerde rechten te Nijmegen, Marburg en Utrecht.
Van 1941-45 was hij rechter te Middelburg en van 1945-48 te Utrecht. Na de Tweede Wereldoorlog had Röling tevens zitting in het Internationaal Militair Tribunaal voor het Verre Oosten te Tokio, dat de Japanse oorlogsmisdadigers berechtte en in de Bijzondere Raad van Cassatie. In 1949 werd Röling hoogleraar strafrecht te Groningen. In 1962 richtte hij aldaar het Polemologische Instituut op. Van 1963—77 doceerde hij volkenrecht. Röling is internationaal bekend geworden als polemoloog, m.n. als secretaris-generaal van de International Peace Research Association (1964-1971).Werken: De wetgeving tegen de zgn. beroepsen gewoontemisdadigers (diss. 1933), De strafbaarheid van de agressieve oorlog (1950), Nieuw-Guinea (1957), International law in an expanded World (1969), Over oorlog en vrede (1970), Inleiding tot de wetenschap van oorlog en vrede (1970), Polemologie (1973), Volkenrecht en vrede (1973), The law of war and dubious weapons (1976).
LITT. Liber Röling (1977, met bibliogr.).