Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Rochussen, jan jacob

betekenis & definitie

Ned. politicus en koloniaal bewindsman, *23.10.1797 Etten, †21.1.1871 ’s-Gravenhage. Rochussen was van 1826-—40 secretaris van de Kamer van Koophandel te Amsterdam.

Toen hij van 1840—43 minister van Financiën was, hief hij in 1840 het amortisatiesyndicaat op. (Dit syndicaat ter amortisatie van de Ned. staatsschuld was in 1822 opgericht en stond buiten parlementair toezicht.) Van 1845—51 was Rochussen gouverneur-generaal van Ned.-Indië. Hij brak, als eerste in die functie, met de politiek van onthouding in de buitenbezittingen (naar aanleiding van de vestiging van J.Brooke te Serawak). Makassar werd in 1846 vrijhaven en fungeerde als concurrent voor Singapore. Rochussen nam belangrijke maatregelen betreffende het muntwezen, waardoor hij het faillissement van de Javasche Bank voorkwam. Verder voerde hij een nieuwe wetgeving in. Van 1858—61 was hij minister van Koloniën; van 1852—57 en van 1864—69 lid van de Tweede Kamer.

< >