v. (-en), fluviatiele sedimenten, afzetting die gevormd is uit het door een rivier aangevoerde materiaal.
De rivierafzettingen verraden hun oorsprong door de samenstelling in middenen benedenloop uit meestal goed afgeronde grinden (rolstenen) en zandkorrels; in de bovenloop door de horizontale ligging van afgeplatte stenen (schuifstenen). De gelaagdheid van rivierafzettingen is onregelmatig, meestal lenticulair. Een verschil met mariene afzettingen is, behalve de fossielinhoud, dat in horizontale zowel als in verticale richting grind-, zanden leembanken en leemlenzen elkaar afwisselen.