v., het blijven bestaan, resp. dat wat blijft bestaan na uitschakeling van de veroorzakende werking.
Remanentie of remanent magnetisme is het verschijnsel dat een ferromagnetische stof die men heeft gemagnetiseerd in een uitwendig magneetveld, na het uitschakelen van dit veld enigermate gemagnetiseerd blijft. De grootte van de remanentie hangt o.a. af van de aard van het materiaal, de aanwezigheid van verontreinigingen en mechanische spanningen in het materiaal en van de microstructuur (b.v. de vorm en de grootte van de kristallieten). Zo heeft koolstofhoudend ijzer een grotere remanentie dan zuiver ijzer. Kerntjesgeheugens berusten op remanentie. Zie hysterese.