v./m. (-pen), klep waarmee gas-of vloeistofstromen geregeld worden.
In de procesindustrie dienen regelkleppen vaak als corrigerend orgaan van het geregeld systeem. Een regelklep bestaat uit een motor (bedienend element) en de eigenlijke klep (corrigerend element). De motor zet het elektrische of pneumatische signaal dat eventueel afkomstig is van de regelaar regelklep om in een klepverplaatsing (klepheffing). Het corrigerend element zet vervolgens deze verplaatsing om in een verandering van de gas-of vloeistofstroom. Een klep wordt lineair genoemd als bij een constante drukval over de klep de stroom door de klep proportioneel met de klepverplaatsing verandert en, ingeval de motor een lineaire karakteristiek heeft, tevens proportioneel met het uitgangssignaal van de regelaar.
Als de relatie tussen stroomverandering en klepverplaatsing exponentieel is, wordt het een logaritmische of equipercentageklep genoemd, klepkarakteristiek.
