Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

radioverkeer

betekenis & definitie

o., het overbrengen van telegrammen en gesprekken door middel van radiogolven.

Zijn beide of één der met elkaar in contact staande radiostations beweeglijk (b.v. opgesteld op een schip of in een vliegtuig), dan spreekt men van mobiel verkeer; zijn beide stations vast opgesteld, dan van verkeer tussen twee punten. Het mobiele verkeer, m.n. dat met schepen, is het oudste radioverkeer (1897). Hoofddoel is de bevordering van de veiligheid. Het internationale Verdrag tot Beveiliging van Mensenlevens op Zee (herzien te Londen in 1948, 1960 en 1974) schrijft voor, dat bepaalde categorieën van schepen een radiotelegraafinrichting moeten bezitten en bepaalt welk gebruik daarvan voor de veiligheid moet worden gemaakt. De regels voor de afwikkeling van het veiligheidsverkeer zijn vervat in het Reglement betreffende de Radioberichtgeving, behorende bij het Internationale Verdrag betreffende de Verreberichtgeving (herzien te Atlantic City 1947). Het Reglement bevat bovendien voorschriften voor de behandeling van particuliere telegrammen van of voor opvarenden, het openbare radiotelegraafverkeer.

Dit verkeer, dat in omvang groter is dan het veiligheidsverkeer, wordt als nevenbestemming door de scheepsstations uitgeoefend. Sommige grote passagiersschepen zijn tevens uitgerust met een radiotelefonie-installatie en telex over radio (TOR), die uitsluitend voor openbaar verkeer met de vaste wal dienst doet. Daarnaast hebben vele kleine schepen als trawlers en kustvaartuigen, waarvoor het hebben van een telegraafinstallatie niet is voorgeschreven, radiotelefooninrichtingen, die zij gebruiken voor zakelijke gesprekken en veiligheidsverkeer. Het Reglement bepaalt dat geen zendstation mag worden opgericht zonder vergunning van de betrokken regering. De Ned. reders exploiteren de scheepsstations niet zelf, maar laten dit voor hun rekening doen door de particuliere Ned. Maatschappij Radio Holland.

In België werd opgericht de Société Anonyme Internationale de Télécommunication. Het mobiele radioverkeer wordt aan de landzijde afgewikkeld door kuststations, waarvan de meeste landen er één of meer bezitten (Nederland: Scheveningen-Radio, België: stations Antwerpen en Oostende).

De radio-overbrenging van en naar het schip geschiedt in morse. Voor telefoongesprekken verbindt het bedieningsstation de abonnee aan de landzijde afwisselend door met de zender of met de ontvanger, al naar men vanaf de wal of vanaf het schip wil spreken. Dit is het ‘over’-verkeer, zo genoemd omdat hij die uitgesproken is en antwoord wenst, het meeluisterende kuststation verzoekt om te schakelen door ‘over’ te zeggen. In het verkeer met grote schepen, alsook in het hierna te behandelen ‘vaste’ verkeer wordt door degene die spreekt automatisch de ontvangweg geblokkeerd. Alle telegraafverkeer de veiligheid betreffende, wordt uitgevoerd over de golflengte van 600 m, waarop de kuststations permanent en de scheepsstations op gezette tijden en soms ook permanent uitzenden. Het openbare telegraafwerk wordt over middelmatige afstanden (tot ca. 2000 km) afgewikkeld op golflengten in de buurt van 600 m, terwijl voor de grootste afstanden korte golven tussen 13—75 m worden benut.

Het meeste telefoonverkeer gaat over golven van 100—200 m. Momenteel worden al via satellieten verbindingen tussen wal en schepen op grote afstanden gemaakt en de ontwikkeling gaat sterk in de richting van deze nieuwe mogelijkheid. Aan kusten scheepsstations zijn internationale aparte golven of golfbanden toegekend. Scheveningen-Radio is na Portishead Radio in Engeland, het drukste kuststation ter wereld. Het mobiele verkeer voor de luchtvaart betreft voornamelijk de eigenlijke luchtvaart en wordt door speciale luchtvaartinstellingen uitgeoefend. Door middel van vaste radiocircuits kunnen rechtstreeks dus snelle en van derden onafhankelijke verbindingen tussen willekeurige landen worden gevormd.

Voor de telefonie komt hierbij dat zo oceanen kunnen worden overbrugd; met kabels was dit nog niet mogelijk. Vaak wordt met verreschrijvers (telex) gewerkt, waardoor direct drukschrift op een blad wordt verkregen. Daarbij worden de letters enz. in een zodanige code overgebracht, dat aan de ontvangzijde automatisch geconstateerd kan worden of zich tijdens de radio-overbrenging een verminking door fading (uitblijven) of door luchtstoring (extra) heeft voorgedaan. In dat geval drukt het ontvangtoestel het teken niet af, maar vraagt zelf herhaling daarvan aan het zendtoestel, dat de herhaling automatisch geeft. Dit systeem heeft het verder mogelijk gemaakt transatlantische telexdiensten tussen Europa (Nederland 1950 als eerste) en de VS te openen. Particuliere telexabonnees aan weerszijden van de oceaan kunnen daardoor rechtstreeks telegrafisch berichten wisselen.

Een groot deel van de vaste radiocircuits worden thans verzorgd via de radiosatellieten, die ieder honderden verbindingen tussen verschillende punten in een bepaald deel van de wereld tegelijk kunnen verzorgen. Ook door nieuwere technieken zijn kabelverbindingen tussen werelddelen mogelijk geworden, waardoor een absolute geheimhouding van de gesprekken gewaarborgd is. Rechtstreekse radiotelefoonverbindingen werden ook intercontinentaal onderhouden, o.a. vanuit Amsterdam en Brussel, via kortegolf. Teneinde afluisteren van gesprekken door derden te belemmeren, zijn alle verbindingen met codeerinstallaties uitgerust. Bij de eenvoudigste (omkeer)systemen worden van de lage tonen in de spraak hoge en van de hoge lage gemaakt, die bij de ontvanger weer worden rechtgezet. Een meer geperfectioneerde oplossing is die, waarbij de spraakband in een aantal delen wordt gesplitst, die volgens een enige malen veranderde code van plaats worden verwisseld (Vocoder).

< >