[Lat.], v. (-s),
1. voorzorg, voorkoming, voorbehoeding; m.n. maatregelen ter voorkoming van misdaad;
2. (geneeskunde) maatregelen tot behoud van een gezonde situatie.
GENEESKUNDE
Primaire preventie tracht het optreden van de ziekte als zodanig te voorkomen. Secundaire preventie poogt de reeds ontstane aandoening in bedwang te houden, het aantal ziektegevallen zo klein mogelijk te maken en door vroegtijdige diagnose en therapie de ziekte zo kort mogelijk te laten duren. Tertiaire preventie is erop gericht te voorkomen dat een ziekte chronisch wordt of dat een gebrek of invaliditeit ontstaat en blijft bestaan. Secundaire en tertiaire preventie vallen in belangrijke mate samen met curatieve handelingen. De inenting tegen pokken eind 18e eeuw was een succesvolle poging een ziekte te voorkomen. In feite hebben alle activiteiten ter bevordering van de gezondheid een preventieve invloed.
RECHT
Preventie in het recht duidt op de veronderstelde werking van de straf gericht op het voorkómen van strafbare feiten in de toekomst, zowel bij de dader (speciale preventie) als bij anderen: generale preventie.