[Gr. prasios, groen, didymos, tweeling], chemisch element, symbool Pr.
Het metaal praseodymium behoort tot de lanthaniden, is zilverkleurig, matig zacht, reken smeedbaar. Het bindt zeer snel de waterstof uit water en reageert langzaam met bestanddelen uit de lucht. Het moet daarom onder minerale olie of luchtdicht verpakt in plastic bewaard worden. Zouten van dit element werden in 1885 voor het eerst zuiver afgescheiden door de Oostenrijker Carl Auer von Welsbach. Het element komt o.a. voor in monasiet. De hoeveelheid praesodymium in de aardkorst wordt op een derde van die van lood geschat en op ca. het duizendvoud van de hoeveelheid goud. De zouten worden via ionenwisselingstechnieken verkregen; door reductie met calcium bereidt men daaruit het zuivere metaal.
Praesodymium wordt gebruikt bij de fabricage van vuursteentjes. Als legeringselement wordt het met neodymium in magnesiumlegeringen toegepast voor het verkrijgen van hoge sterkte en lage kruip (rek onder belasting bij hoge temperatuur). Met praesodymium bereid glas geeft in brillen bescherming tegen schadelijke straling tijdens het glasblazen. Het oxide Pr203 geeft met zuren groene praesodymiumzouten; men kent ook het oxide Pr02, dat een zeer donkere violette kleur heeft.