Camille, Frans schilder, *10 juli 1830 te Saint Thomas (Kleine Antillen), ♱13 november 1903 te Parijs. Pissarro verbleef van 1842—49 in Parijs, ging terug naar de Antillen, maar keerde in 1855 terug naar Parijs, waar hij aanvankelijk leerling van Corot was, tot hij op de Académie Suisse Monet ontmoette.
Hij raakte sterk onder de invloed van Delacroix, Courbet en Daubigny en spoedig sloot hij zich aan bij Manet, Renoir en Sisley; vanaf 1863 nam hij met hen deel aan de tentoonstellingen van impressionisten. In 1867 vestigde hij zich in Pontoise en kort daarna in Louveciennes. De oorlogstijd (1870—71) bracht hij in gezelschap van Monet in Engeland door en daar verwerkte hij de invloeden van de Engelse landschapschilders. Bij zijn terugkeer in Parijs vond hij zijn huis en al zijn schilderijen vernietigd. Pissarro vestigde zich weer in Pontoise, waar hij veel met Cézanne samenwerkte, en in 1884 in Eragny-sur-Epte, waar zijn meest luministische landschappen ontstonden. Daar ook kwam hij onder invloed van Seurat; hij verbond zich met de neo-impressionisten (1886—88) en bediende zich nu en dan van de pointillistische techniek.
Niet lang daarna keerde hij tot zijn oorspronkelijke techniek terug. Na een oogziekte vestigde hij zich weer te Parijs, waar hij vooral stadsgezichten schilderde. LITT. J.Rewald, C.Pissarro (1963); J.Leymarie en M.Melot, Französische Impressionisten (1972).