v./m. (—en),
oude vochtmaat, variërend van inhoud: een pint melk; kan of pot die een pint kan inhouden; glas of pot met bier of wijn; een pint drinken; een pint vatten; op zijn pinten gaan, naar het café gaan; veel drinken.
De pint was een Ned. inhoudsmaat van dranken: 1 pint = ruim 6 maatjes, = 0,6063 l; in Engeland 1 pint = 4 gill = ⅛ gallon = 0,57 l; in de VS 1 pint = 0,47 l.