Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Peters, Carl

betekenis & definitie

Duits koloniaal bewindsman en politicus, *27.9.1856 Neuhaus, 110.9.1918 Bad Harzburg. Peters studeerde geschiedenis en filosofie en verbleef van 1880—83 in Engeland, waar hij besloot een pioniersrol te gaan vervullen in de stichting van een Duits koloniaal rijk.

In 1884 richtte hij de Gesellschaft für deutsche Kolonisation op, en begon hij, zonder steun van de Duitse regering, overeenkomsten af te sluiten met stamhoofden in OostAfrika, waarmee hij de kern van het toekomstige Duits-Oost-Afrika vormde. In 1885 kreeg hij keizerlijke steun, maar het Helgoland-Zanzibartractaat van 1890, waarin Duitsland ervan afzag een protectoraat over Zanzibar te vestigen, was een zware teleurstelling voor Peters, die hem aanleiding gaf om het Alldeutscher Verband te stichten. In 1891 werd hij benoemd tot rijkscommissaris voor het Kilimandsjaro-gebied, maar in 1895, naar aanleiding van wreedheden begaan tegen de Afrikaanse bevolking, ontslagen. Peters vestigde zich in Engeland, waar hij een Duits-Britse maatschappij voor de goudwinning in Rhodesië stichtte. Hij bleef Afrika bereizen en sloeg een aanbod om in Britse dienst te treden af. In 1914 keerde Peters terug naar Duitsland en werd gerehabiliteerd. Werk: Lebenserinnerungen (1918; mémoires).

LITT. H.M.Bair, Peters and German colonialism (1968).

< >