o. (-s), organisatie die berichten levert aan publiciteitsmedia, m.n. aan dagbladen en radio- en televisieomroepen.
De belangrijkste nieuwsbron voor de kranten zijn de nieuwsagentschappen of persbureaus. Vrijwel ieder land met een pers van enige betekenis heeft zijn eigen nationale agentschap. De organisatie en financiering daarvan hangen ten nauwste samen met de structuur van de pers. In landen waar de pers wordt beheerst door de overheid is vanzelfsprekend ook het nieuwsagentschap een verlengstuk van de overheid. In de landen met principiële persvrijheid is het nationale nieuwsagentschap doorgaans collectief bezit van de dagbladen. De agentschappen leggen zich toe op het vergaren van zoveel mogelijk nieuws.
In Nederland geschiedt dit door het Algemeen Ned. Persbureau (ANP), een coöperatieve onderneming van alle Ned. dagbladen, opgericht in 1934 en gevestigd te ’s-Gravenhage. Volgens een overeenkomst wordt door het ANP ook de nieuwsdienst voor de omroepverenigingen verzorgd. Alle Ned. dagbladen zijn via telexverbindingen met de ANP-redactie verbonden. Het ANP ontvangt het binnenlands nieuws voor een groot deel telefonisch van 800 correspondenten. Het buitenlandse nieuws wordt voor het grootste gedeelte ont leend aan buitenlandse persbureaus.
In België speelt het agentschap Belga een analoge rol, in de BRD de Deutsche Presse Agentur (dpa).
Er bestaan vijf wereldnieuwsagentschappen, die een groot aantal correspondenten en redacties in vele landen hebben, die hun nieuws opzenden naar de hoofdredactie, van waaruit het verspreid wordt naar abonnees (kranten, radioen televisiestations) over de hele wereld. Dergelijke agentschappen, die een grote invloed hebben op de nieuwsvoorziening in de gehele wereld - een monopolie waartegen m.n. vanuit de derde wereld verzet rijst bestaan slechts in de VS, Engeland, Frankrijk en de USSR. Het zijn: Associated Press (AP) en United Press International (UPI) in de VS; Reuter in Engeland; Agence France-Press (AFP) in Frankrijk; Telegrafnoie Agentsvo Sovjetkavo Sojoeza (TASS) in de USSR.
