v. (-en), bedrijfstak waar zaden van granen in pelmolens machinaal van schildelen worden ontdaan.
In een pellerij gebeurt het pellen doormiddel van ronde stenen die enkelvoudig in een mantel of kuip ronddraaien, dan wel twee aan twee als molenstenen boven elkaar zijn geplaatst. In het eerste geval worden de graankorrels tussen steen en mantel gepeld, in het laatste geval tussen de twee pelstenen, waarbij de bovenste ronddraait (‘loper’) en de onderste vastligt (‘ligger’). Tegenwoordig wordt speciaal ontwikkelde apparatuur toegepast voor de diverse granen om het percentage breuk tot een minimum te beperken. Rijst wordt gepeld tussen walsen, die van een rubberlaagje zijn voorzien. Haver wordt van de schil ontdaan in een peller, waarin het graan met kracht door een rotor tegen de binnenwand aan geslagen wordt. De wand is bekleed met een rubber ring.
Na het pellen kunnen de schildelen op diverse manieren verwijderd worden. De belangrijkste pellerijbedrijven zijn gers-, haver-, gort-en rijstpellerijen. Ook voor de havermoutbereiding wordt de haver eerst gepeld.