v./m. (-n), dubbelwandige lange bindweefselbuis die een pees omhult daar waar deze gedurende spieractiviteit over een harde onderlaag schuurt.
De binnenste laag van de dubbele wand is glad door haar bijzondere structuur en de minieme hoeveelheid vloeistof die haar oppervlakte vochtig houdt, de buitenste laag is stevig en fibreus. Peesscheden zijn b.v. aanwezig daar waar de pezen der streken buigspieren van de onderarm het polsgewricht passeren op hun weg naar de vingers. Ook aan de buigzijde van de vingers zijn de pezen door peesscheden omhuld, zij reiken echter niet verder dan tot de basis van het laatste vingerkootje. De peesscheden van de duim en vijfde vinger kunnen met die aan de buigzijde van de pols in open verbinding staan, slijmbeurs.