Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

pathologie

betekenis & definitie

v., ziektekunde in het algemeen; m.n. de ziektenleer.

Men verdeelt de pathologie in een algemene en een bijzondere. De algemene pathologie groepeert de bij de verschillende afwijkingen opgetreden verschijnselen naar algemene gezichtspunten, om langs die weg de wetten te leren kennen, die het ziek worden beheersen, en houdt zich bezig met de kennis omtrent aard der ziekten, indeling, oorzaken en wijze van werken (etiologie), ontwikkeling van verschijnselen en gevolgen (pathogenese). Zo zijn de verschijnselen van ontsteking, bloeding, trombose, gezwelvorming, dood enz. onderwerpen van de algemene pathologie. De bijzondere pathologie omvat een groot aantal specialismen (b.v. longziekten). Wanneer van organen of orgaandelen de afwijkingen in de bouw bestudeerd worden, spreekt men van pathologische anatomie. Het onderzoek van vochten als bloed en urine of van de faeces op abnormale bestanddelen is onderwerp van de klinische chemie terwijl voor de herkenning van parasieten in bloed, in weefsels, in uitwerpselen enz. een bacterieel en microscopisch onderzoek wordt ingesteld.

De pathologie houdt zich ook bezig met het zoeken naar tumorcellen in sputum, vaginaalslijm, urine, maaginhoud enz. (cytologische pathologie), een zeer tijdrovende bezigheid, waarvoor dan ook al diverse computerprogramma’s zijn ontworpen. De afwijkingen in de verrichtingen maken deel uit van de pathologische fysiologie. Evenals in de normale fysiologie wordt hierbij veelvuldig van de proefneming gebruik gemaakt, omdat men het daarbij in de hand heeft de ziekteverwekkende oorzaak op bepaalde tijd, in bepaalde hoeveelheid en voor bepaalde duur te laten inwerken. Men spreekt daarom ook wel van experimentele pathologie. Het is vooral deze richting van onderzoek die zeer belangrijke kennis heeft verschaft.

Andere takken van de pathologie zijn: de biochemische pathologie, de immunopathologie, de forensische pathologie, de neuropathologie, de pedopathologie (kinderziekten), de gerontopathologie en de orale pathologie (het gebit, de kaken), de constitutionele pathologie, die de betrekkingen tussen ziekte en ziekteverschijnselen en de algemene constitutie onderzoekt (inclusief genetische en chromosomale afwijkingen), de cultuurpathologie, die samenhang tussen ziekteverschijnselen en de beschavingsperiode onderzoekt (hier hoort ook het effect van de lucht-, wateren bodemverontreiniging thuis), de geografische pathologie (ziekte in verband met bodem en klimaat) en de vergelijkende pathologie (mensen en dieren).

< >