[Ital. Middellat. poshtta, gekneed deeg], m. /o. (-’s),
1. kneedbaar mengsel van uiteenlopende samenst., gebruikt voor vulling van gebak, als boterhambeleg e.d. (amandel-, bonen-, noten-, noga-, chocolade-, ansjovispasta e.d.);
2. (farmacie) ben. voor zalven of andere preparaten: b.v. tandpasta;
3. in Italië alg. ben. voor deegwaren zoals macaroni, spaghetti.