[Lat. paries, wand], bn., (anatomie) tot de (lichaams)wand behorend: os parietalis, wandbeen; (plantkunde) wandstandig (gezegd van b.v. zaadknoppen).
Bij de gewervelden ligt aan de bovenzijde van de hersenen een erwtgroot aanhangsel: het pariëtaalorgaan of pijnappelklier (epifyse). Bij de prik en een aantal reptielen is dit orgaantje tot een lichtzintuig (het derde oog of pariëtale oog) ontwikkeld.