Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

paria

betekenis & definitie

[Tamil, parajar, trommelaar], v./m. (-’s),

1. (in India) lid van de laagste klasse(e);
2. (fig.) verworpeling, verstoteling: de paria’s van de samenleving.

De naam paria sloeg oorspronkelijk op de Pariastammen, die per traditie de trommelaars voor de feesten leverden, en die waarschijnlijk van Dravidische afkomst zijn. Bij uitbreiding werd het voor de westerlingen de aanduiding voor al degenen die in status beneden de laagste (de vierde) kaste in de hindoestratificatie staan. De echte Paria’s zijn echter zelf weer onderverdeeld in subkasten en in de Tamilsamenleving zijn verschillende sociaal lagere categorieën. In 1950 werd in de Indiase grondwet het kastesysteem afgeschaft. De praktische discriminatie van de door mahatma Gandhi haridjanen (kinderen Gods) genoemde paria’s is echter nog lang niet verdwenen, m.n. op het platteland, o.a. door het verbod van de hindoes gebruik te maken van hun waterbronnen, opdat zij deze niet zouden verontreinigen. De paria’s oefenen alleen de verachte ‘onreine’ beroepen uit.

LITT. J.M.Mahar (red.), The untouchables in contemporary India (1972).

< >