[Lat. parum, weinig, affinis, verwant], v./m. (-n, -s),
1. mengsel van bij 15 °C vaste koolwaterstoffen, m.n. macromoleculaire alkanen, verkregen bij de raffinage van smeeroliedestillaten en residu’s van aardolie en bruinkool, alsook door synthese;
2. (-n), oude algemene ben. van verzazigde koolwaterstoffen (alkanen).
Paraffines worden gewoonlijk in drie groepen verdeeld, nl. macrokristallijne paraffines, micro kristallijne paraffines en petrolatum.
1. Macrokristallijne paraffines worden bereid uit lichte en middelzware destillaten. De technische paraffines omvatten de groep van paraffinekoolwaterstoffen met 18-32 koolstofatomen. Ze hebben smeltpunten van ca. 43—71 °C. Ze bestaan hoofdzakelijk uit koolwaterstoffen (normaalalkalen) naast variërende hoeveelheden isoparaffinen en cycloparaffinen (naftenen), die echter bij destillatiebewerkingen, zoals bij de winning, grotendeels worden afgebroken. Macroparaffines die geheel geraffineerd zijn hebben een witte kleur en zijn smaakloos. Aan de markt komen een groot aantal kwaliteiten die worden gekenmerkt door hun (nauw) smeltgebied (ca. 2-3 °C). Naast de witte soort bestaan nog halfgeraffineerde paraffines, zoals b.v. de kaarsenparaffine, die niet vrij van geur en smaak is en minder dan 1,5 % olie bevat, en lucifersparaffine, die nog minder geraffineerd is (2-3 % olie).
2.Microkristallijne paraffines worden bereid uit zware smeeroliedestillaten en residu’s; het smeltgebied ligt tussen 60—90 °C. Soms zijn ze wit, maar meestal geel, amber of bruin van kleur.
De consistentie van microkristallijne paraffines varieert van hard en bros tot zacht en plastisch. Van de samenstelling is veel minder bekend dan van de macrokristallijne paraffines, omdat het grote molecuulgewicht ze minder toegankelijk maakt voor een analyse. Gevonden zijn paraffinekoolwaterstoffen met rechte en vertakte keten (isoparaffinen) en verder monocyclopentyl-, monocyclohexylen dicyclohexyl-paraffines. De isoen cycloverbindingen overwegen. Ceresine is een geraffineerde microkristallijne paraffine (ozokeriet).
3.Petrolatum is een bijzondere microkristallijne paraffine met een hoog oliegehalte (vaseline).
De wereldproduktie van paraffines bedraagt meer dan 1 mln. t/jaar; ca. 86 % daarvan behoort tot de macrokristallijne, waarvan 20 % in kaarsen, nachtlichtjes, schotelverwarmers e.d. terecht komt. De toepassing in de verpakkingsindustrie is groot, vooral in de VS waar o.a. brood, melk en vruchtesappen in cartons met paraffinebedekking in de handel komen. Paraffine wordt toegepast omdat het smaaken reukloos is, niet-giftig en luchten vochtwerend is. De markt heeft in de jaren zestig een tijdelijke inzinking vertoond door concurrentie van plastic materiaal. Na verloop van enkele jaren steeg het verbruik weer door het in de handel komen van nieuwe formuleringen van mengsels van paraffine en copolymeren als polyetheen en copolymeren van etheen en vinylacetaat. Paraffines worden in een dun laagje op levensmiddelen zoals kaas, eieren, sinaasappels aangebracht om ze tegen uitdroging en aantasting door schimmels en bacteriën te beschermen.
Paraffines worden verder toegepast in poetsmiddelen (voor schoenen, meubelen en auto’s), waarin de paraffines veelal zijn gemengd met natuurlijke wassen zoals bijenwas, carnaubawas. Paraffine is ook een bekend drenkingsmiddel voor de papierisolatie van kabels en condensatoren. Voorbeelden van de veelzijdige toepassingen zijn verder: lucifersfabricage, doorslagpapier, weekmaker in de kunststofindustrie, basis in de cosmetische en farmaceutische industrie, in de pyrotechniek als opvulling van de tussenruimte en als vochtwerend middel; in de laken verfindustrie, de meubelindustrie (vezelplaten), in de metaalindustrie als conserverings- en corrosiewerend middel. Zeer grote hoeveelheden worden toegepast als uitgangsmateriaal in de petrochemie.
De winning van de paraffine uit de betrokken oliefractie geschiedt allereerst door ontparaffinering van oliedestillaten en residu’s. De bij het ontparaffineren gewonnen brijachtige paraffinekoek moet om daaruit de gewenste paraffinekwaliteiten te winnen worden ontolied (ontoliën) en gefractioneerd door middel van een zweetproces of een behandeling met oplosmiddelen. Paraffines met onvertakte ketens, zgn. normale paraffines, die speciaal voor de petrochemie als grondstof gezocht zijn, kunnen worden bereid door ruwe paraffine met ureum te laten reageren dat verzadigd is met water en opgelost is in methyleenchloride. Raffinage van de gewonnen paraffines bestaat uit een behandeling met zwavelzuur en een eindbewerking met Meekaarde, soms alleen met bleekaarde. Een nieuwe methode is de katalytische hydrogenering. Als eindprodukt ontstaat een kleuren geurloos produkt.