Piet, eigenlijk: François Haverschmidt, Ned. dichter, *14.2.1835 Leeuwarden, ♱(zelfm.) 19.
1.1894 Schiedam. Paaltjens studeerde te Leiden en werd predikant, o.a. te Den Helder (1862) en Schiedam (1864). Onder pseudoniem schreef hij in zijn studententijd Heineaanse gedichten, die hij later in Snikken en grimlachjes (1867) bundelde. Zij worden nog steeds herdrukt; er verscheen een Franse vertaling van en een aantal werd in het Latijn en, door Wilhelm Busch, in het Duits vertaald. Een aantal schetsen bundelde hij onder zijn eigen naam in Familie en kennissen (1876). Paaltjens speelt in zijn werk een spel met het eigen romantisch sentiment, door parodie en contrast met de nuchtere werkelijkheid. De wrange toon (en zijn later vrijwillig gekozen dood) maken duidelijk dat zijn zwaarmoedigheid diep doorleefd was. In 1961 verscheen nog Nagelaten snikken (verzorgd door Hans van Straten).
LITT. R.Nieuwenhuys, De dominee en zijn worgengel (1964).