Engels socialist, *14.5.1771 Newtown (Wales), ♱ 17.11.1858 Newtown. In 1779 werd Owen administrateur van de grote spinnerijen van zijn schoonvader te New Lanark bij Glasgow.
Hij verbeterde er de zeer slechte arbeidsen levensomstandigheden van de arbeiders door de stichting van een modeldorp en opleidingsinstituten (o.a. een infant school, waaruit zich de zondagsschool zou ontwikkelen), en bestreed het drankmisbruik. Zijn sociale hervormingen, die sterk de aandacht trokken, brachten hem dikwijls in conflict met de medeeigenaren van de onderneming. Owen ontwierp in1821 een plan tot oprichting van coöperatieve dorpen, waarbinnen autarkie zou heersen op basis van produktiegemeenschappen. Zijn ideeën vonden bij het opkomend socialisme gehoor en werden door de vakverenigingen gepropageerd. Wegens gebrek aan officiële belangstelling droeg Owen de leiding van New Lanark over en verbleef tot 1829 in de VS, waar hij communistische gemeenschappen stichtte (New Harmony), die mislukten. Terug in Engeland ijverde hij voor kiesrechthervorming en richtte in 1833 de Grand National Consolidated Trades Union
op, die ca. 1 mln. arbeiders omvatte, maar al gauw verliep. Werken: A new view of society (1812), Report to the county of Lanark (1821), The book of the new moral world (1836), Revolution in the mind and practice of the human race (1849).
LITT. R.H.Harvey, R.Owen (1949); G.D.H.Cole, R.Owen (1965); J.F.C.Harrison, R.Owen and the
owenites (1969); R.G.Garnett, Co-operation and the owenite socialist communities in Britain, 1825—
45 (1972).