Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-06-2020

o'verslaan

betekenis & definitie

(sloeg over, heeft en is overgelagen),

1. boven over iets heen slaan, met een slag over iets heen doen vliegen: ik heb de bal overgeslagen, over de muur, over de sloot enz.;
2. van de ene plaats naar de andere overbrengen; m.n. van handelswaar

en vrachtgoed: ze van het ene schip in het andere of in een pakhuis overbrengen;

3. (boekdrukkerij) de bladzijden van een gezet vel in zodanige orde in het raam rangschikken dat zij bij drukken en vouwen in de juiste opvolging kunnen staan;
4. voorbijzien, niet opmerken, vergeten: zijn naam is overgeslagen; bij het voorstellen werd hij overgeslagen; (abs.) vandaag zullen we maar eens -, niet doen wat

anders altijd gebeurt; (metonymisch) nooit een dag -, te weten met een bepaalde handeling; (van het hart) als een keer een samentrekking niet gevoeld wordt;

5. geen gebruik maken van de bestaande gelegenheid tot iets: geen concert slaat hij over;
6. in een bepaalde richting overhellen of overvallen: toen

het vaartuig oversloeg; (van golven) aan de top overhellen en dan naar beneden slaan: overslaande golven; het is een overslaande zee;

7. (muziek) (bij het pianospelen) de ene hand over de andere heenslaan;
8. van het ene voorwerp op het andere slaan, snel gaan: de elektrische vonken slaan over;
9. (van een weegschaal) naar de ene of de andere zijde overhellen, doorslaan; ook fig.: de schaal slaat in ons voordeel over;
10. plotseling overgaan tot een andere toestand: van het ene uiterste tot het andere —; (gew.) omslaan: het weer gaat —; (van de stem) in

een andere toon overgaan, schel en onnatuurlijk gaan klinken: zijn stem sloeg over van woede.

< >